Stroomuitvalmelder met schakelcontact
De stroomuitvalmelder is een sensor voor het bewaken van de netspanning. Bij het wegvallen van 1 of meer fasen schakelt het ingebouwde relais.
Deze stroomuitval-melder heeft een universele alarmuitgang met een spanningsloos wisselcontact. Naar keuze kunt u beschikken over een open of een gesloten contact, bij aanwezigheid resp. afwezigheid van netspanning op de ingang.
Reset gebeurt automatisch bij het terugkeren van de netspanning.
Bewaken van technische installaties
De stroomuitvalmelder is ondergebracht in een behuizing voor 35 mm DIN-rail en bedoeld voor vaste installaties, zoals in een schakelkast. Klik voor alternatief:
gsm-stroomuitvalmelder.
Het alarmsignaal, in de vorm van een spanningsloos NO-NC contact, kan men aansluiten op een beveiligingsinstallatie, bedienpaneel of andere circuits voor het monitoren van de netspanning.
Inschakelen van hulpspanning
Speciale toepassing: automatisch een relais aansturen voor het inschakelen van een andere spanning, zodra de netspanning wegvalt.
De rode LED op de stroomuitvalmelder brandt bij aanwezigheid van netspanning. Voor krachtstroom betekent dit dat alle 3 fasen aanwezig zijn.
Bewaken van 1 of 3 fasen
De stroomuitvalmelder heeft 4 aansluitingen voor het bewaken van 3-fasen wisselspanning (380/400 Volt) met nul-aansluiting. Hij kan ook worden toegepast voor enkelfase netspanning (220/230 Volt).
De uitgangsklem heeft 3 aansluitingen, voor NO-COM-NC. Zowel de ingang als de uitgang zijn uitgevoerd als stekkerklem. Zie afbeelding voor het aansluiten.
Stroomuitvalmelder - technische info
- Type: fasedetector APS-100
- Uitvoering: DIN-relais
- Ingang: 1/ 3 fasen + nul
- Spanning: 220/380 V ±10%
- Uitgang: contact NO/NC
- Schakelstroom: 3 A (230 Vac)
- Schakelstroom: 3 A (30 Vdc)
- Ingangsspanning: 220/380 Volt
- Bewaakt: 1 of 3 fasen
- Aarde: niet van toepassing
- Omg. temp.: -30...+90 C
- Vochtigheid: < 90% RH
- Alarmtoon: nee
- Indicatie: 1x LED
- Resettoets: nee
- Afm.: 105x36x62 mm
- Manual: NL
Wat is stroomuitval?
Stroomuitval is de populaire benadering voor het wegvallen van de netspanning. Het kan betekenen dat er geen netspanning meer het gebouw binnenkomt, of dat er een defect is ontstaan in de elektrische installatie.